Mariska – Doorstromer
“Tijdens mijn bachelor Duitse Taal en Cultuur aan de universiteit, volgde ik de educatieve minor voor een beperkte tweedegraads bevoegdheid. Tijdens deze minor was een stage natuurlijk een verplicht onderdeel. Hierdoor kwam ik voor de eerste keer echt met het onderwijs in aanraking en mij werd toen meteen duidelijk dat het onderwijs echt wat voor mij is.
Ergens wist ik al wel dat ik Duits lerares wilde worden, maar ik wilde zeker weten of dit in de praktijk ook daadwerkelijk het juiste bleek te zijn. En dat was het! De stagedagen waren voor mij de leukste dagen van de week. Hier kon ik namelijk wat ik tijdens mijn colleges leerde, in de praktijk uitproberen en verder oefenen. Ik merkte dat ik het contact met de leerlingen het leukste vind. Je werkt iedere dag samen met leerlingen om ervoor te zorgen dat ze datgene leren wat je wil dat ze leren. Er zijn bijvoorbeeld ook altijd leerlingen die je spontaan wat komen vertellen of een praatje willen maken. Dit maakt het docentschap nog specialer.